De grove den

is een winterharde boom die goed kan groeien op armere marginale gronden. Hij kan tot 300 jaar groeien, maar sommige in Scandinavië worden verondersteld wel 700 jaar oud te zijn. Hij kan tot 30 meter hoog worden en sommige kunnen wel 45 meter hoog worden in gebieden met een hoge productiviteit. De naalden van de grove den zijn blauwgroen, licht gedraaid en groeien in paren, wat een handige manier is om de boom

De grove den is een van de drie inheemse naaldbomen van Ierland.

De soort wordt overal in Eurazië gevonden, van Ierland tot Siberië. Men geloofde dat hij ongeveer 2000 jaar geleden in Nederland was uitgestorven, maar is sindsdien opnieuw geïntroduceerd voor plantages in de 17e eeuw. Er zijn boomstronken gevonden in moerassen rond Ierland die 7000 jaar oud zijn, en deze stronken worden gebruikt voor decoratieve en artistieke stukken.

Het merendeel van de bomen die tegenwoordig in Nederland te vinden zijn, zijn planten die uit Schotland zijn overgebracht.

Hoe te identificeren

De grove den is een hoge, rechte dennenboom met een opvallende oranjebruine, geschubde bast. De blauwgroene naalden verschijnen in paren en kunnen tot 7 cm lang worden. Mannelijke kegels zijn geel en vrouwelijke kegels zijn groen en rijpen tot grijsbruin; dennenappels variëren van 3-7,5 cm lang.

Plantvereisten

Grove Den doet het het beste in goed doorlatende grond met een zure pH, maar staat bekend om zijn tolerantie voor arme gronden die zanderig, rotsachtig of zware klei kunnen zijn, en voor een zure, neutrale of alkalische pH. Het gedijt op verwaarlozing in de volle zon en tolereert langdurige droogte. 

Potentiële problemen

Grove den is minder vatbaar dan de Oostenrijkse den voor de bacterievuur, maar loopt nog steeds deze ziekte op met fatale gevolgen. Bovendien is het ook kwetsbaar voor dennenschimmel en het ongedierte dat bekend staat als nematoden. Deze den is echter erg taai in zijn aanpassing aan omgevingsfactoren, waaronder hitte, droogte, strenge kou en steriele bodems.